Alles samenvouwen
Alles uitvouwen
 

Parameters

Met het tabblad Parameters kunt u bepaalde specifieke functies van de regeleenheden in de auto lezen. De meeste van deze functies kunt u gewoon waarnemen, bijvoorbeeld de koplampen en de elektrisch bediende ramen.

Let op

Let op

Dit tabblad is alleen geactiveerd als er voor de in het Regeleenheid-venster gekozen regeleenheid parameters beschikbaar zijn.

 
Fig. 205: Pagina Autocommunicatie - Parameters

Elk deel van de pagina wordt in onderstaande subhoofdstukken toegelicht.

1. Venster Regeleenheid

In het venster Regeleenheid worden afwijkingen van de netwerkcommunicatie van de auto in een grafiek weergegeven. De grafiek geeft het netwerk van de auto weer met de status van alle regeleenheden ten tijde van de meest recente uitlezing.

 
Fig. 206: Het venster Regeleenheid
 

De kleur van de regeleenheden in de grafiek varieert afhankelijk van de status:

Kleur

Benaming

Groen

Regeleenheid reageert op communicatie.

Rood

Regeleenheid reageert niet op communicatie.

Grijs

Regeleenheid maakt geen deel uit van de autoconfiguratie (deze kan echter wel in het relevante automodel aanwezig zijn).

Door op het pictogram te klikken, krijgt u toegang tot een toelichting op de kleuren.

Door in de grafiek een regeleenheid te kiezen, worden in de lijst op het tabblad Parameters alle beschikbare parameters voor de gekozen regeleenheid ingevuld.

2. Tabblad Parameters

Deze lijst bevat alle beschikbare parameters voor de gekozen regeleenheid.

 
Fig. 207: Lijst met parameters op het tabblad Parameters

In enkele gevallen is de lijst onderverdeeld in categorieën. Soms bevat de kopregel van de categorie een pictogram . Door op een dergelijk pictogram te klikken wordt op het tabblad Informatie rechts op het scherm een referentiedocument geopend.

U kiest een parameter door het betreffende selectievakje aan te vinken of door erop te dubbelklikken. De parameters die u kiest, worden gelezen en overgenomen in de lijst met parameters op het tabblad Gekozen Parameters rechts op het scherm. Er kunnen maximaal 10 parameters worden toegevoegd.

3. Tabblad Gekozen Parameters

Op dit tabblad worden alle op het tabblad Parameters gekozen parameters in een lijst weergegeven.

 
Fig. 208: De tab Gekozen Parameters
 

De lijst heeft twee kolommen:

Kolom

Benaming

Parameters

Namen van gekozen parameters.

Waarde

Waarden van gekozen parameters. De waarden verschillen per parameter en kunnen bijvoorbeeld "12 V", "Pos II", of "Aan" zijn. Als de auto voor de gekozen parameter geen informatie retourneert, wordt het pictogram weergegeven. Als dit probleem zich voordoet, dient u een foutrapport te sturen.

 

Onder de lijst met parameters bevinden zich twee knoppen:

Knop

Benaming

Verwijderen

Met deze knop verwijdert u een parameter uit de lijst. U kunt een parameter ook verwijderen door het vinkje in de lijst op het tabblad Parameters weg te halen. Soms is het nodig om parameters te verwijderen omdat er maximaal 10 parameters in de lijst mogen staan. Verwijderde parameters kunnen echter altijd weer worden toegevoegd.

Grafische Weergave

Door parameter(s) te kiezen en op de knop Grafische Weergave te klikken, wordt de parameter in een nieuw venster grafisch weergegeven. Zie het artikel Grafische Weergave voor meer informatie.

Kies parameters door de selectievakjes aan te vinken.

4. Tabblad Informatie

Door op het tabblad Parameters op een pictogram naast een categorie met parameters te klikken, wordt het referentiedocument voor de categorie hier weergegeven. Het referentiedocument bevat beschrijvingen van de parameters.

 
Fig. 209: De tab Informatie