Alles samenvouwen
Alles uitvouwen
 

Software via USB-geheugen naar auto downloaden

Ten opzichte van vorige generaties bevat de nieuwste generatie infotainment behoorlijk grote softwarebestanden. Om deze grote softwareproducten naar het MOST-netwerk in op het D2- en GGD-protocol gebaseerde auto's te downloaden, is een USB-geheugen nodig.

Let op

Let op

De informatie en de procedure in dit artikel gelden alleen voor op het D2- en GGD-protocol gebaseerde auto's.

Het is mogelijk om het downloaden van grote softwarebestanden zonder gebruik van een USB-geheugen in te schakelen. Zie het artikel Geavanceerde Test voor meer informatie.

Achtergrond

Wanneer hebt u een USB-geheugen nodig?

Wanneer bepaalde grote softwareproducten aan de wachtrij voor orders worden toegevoegd, moet een USB-geheugen met VIDA zijn verbonden. Er wordt een melding weergegeven, totdat een USB-geheugen van Volvo Car Corporation is aangesloten. Zodra een softwareproduct aan de wachtrij voor orders is toegevoegd, geeft de orderinformatie de geschatte totale downloadtijd aan en of er een USB-geheugen nodig is.

Let op

Let op

VIDA keurt alleen het type USB-geheugen goed dat door Volvo Car Corporation voor dit doeleinde is ontwikkeld als speciaal gereedschap.

Of er bij de aankoop en het downloaden van softwareproducten wel of niet een USB-geheugen nodig is, hangt af van:

  • De generatie van het infotainmentsysteem.

  • Of de regeleenheid op het MOST-netwerk zit.

  • De geschatte downloadtijd (omvang van het softwareproduct).

Over het algemeen is een USB-geheugen nodig als de geschatte tijd voor het downloaden van een softwareproduct naar het MOST-netwerk meer dan zes minuten bedraagt.

Welke regeleenheden kunnen worden gedownload met behulp van een USB-geheugen?

Afhankelijk van het niveau van het infotainmentsysteem van de auto werkt ofwel de ICM/IHU of de IAM als een subtester. Dit houdt in dat het USB-geheugen niet altijd op dezelfde plek wordt aangebracht. VIDA geeft instructies over waar het USB-geheugen moet worden aangebracht.

Let op

Let op

Het CAN-netwerk bevat enkele regeleenheden die ook om grote softwareproducten vragen. Deze worden echter niet via het USB-geheugen gedownload, aangezien dit technisch niet mogelijk is.

Procedure

 

De softwareproducten moeten worden geverifieerd voordat het USB-geheugen kan worden klaargemaakt. Tijdens verificatie controleert VIDA of het beschikbare softwareproduct overeenkomt met de voorzieningen in de auto.

Voordat de verificatie kan beginnen, moet er aan de volgende criteria zijn voldaan:

  • DiCE is verbonden met de auto.

  • De spanning in de auto ligt boven 11 V.

  • De Bluetooth sterkte van de DiCE is voldoende.

  1. Klik op knop Starten om de verificatie te starten.

  2. Wanneer de verificatie is afgerond, sluit u het USB-geheugen aan op het VIDA-werkstation.

  3. Let op

    Let op

    VIDA keurt alleen de USB goed die door Volvo Car Corporation voor dit doeleinde is ontwikkeld als speciaal gereedschap.

  4. Wanneer alle softwarebestanden naar het USB-geheugen zijn overgezet, moet het USB-geheugen worden aangesloten op de auto zodat het downloadproces verder kan gaan. Informatie over waar het USB-geheugen moet worden aangebracht wordt door VIDA geleverd.

  5. VIDA voert de volgende tests uit voordat de subtester voor gedownloade software wordt geïnitialiseerd voor het downloaden van de software:

    • Of het USB-geheugen op de juiste manier is aangesloten op de auto.

    • Of de juiste softwarebestanden beschikbaar zijn op het USB-geheugen.

  6. Wanneer VIDA de subtester heeft geïnitialiseerd, worden de bestanden van het USB-geheugen naar de auto gekopieerd. VIDA bewaakt het proces via het communicatie-instrument. Als de spanning tot onder 11 V daalt, verschijnt er een waarschuwing.

  7. Wanneer de software is gedownload, herinnert VIDA u eraan om het USB-geheugen uit de auto te verwijderen voordat de auto aan de klant wordt afgeleverd.

  8. Door op knop OK te klikken wordt de softwaredownloadsessie afgesloten. DiCE kan nu worden gebruikt voor een andere auto.